steenbok

 

Soms dwingen de omstandigheden me om mijn plannen te veranderen. En dat is helemaal niet erg. Mijn ervaring is dat hoe flexibeler ik ben, hoe beter alles verloopt.

Deze zomer maakte ik met man en zoon bergtochten in de Franse Alpen. We hadden een mooi plan opgesteld om rustig in te lopen. Iedere dag zouden we iets meer stijgen en dalen, zodat onze spieren en gevoelige knieën langzamerhand sterker zouden worden. Het weer hielp ons daarbij, want in het begin was het vrij regenachtig en zaten langere wandeltochten er toch niet in. Maar toen het weer een beetje beter werd en wij toe dachten te zijn aan de wandeling naar het Lac Blanc, een mooi meer, gelegen op een kleine 1000 meter stijgen, gebeurde er iets onverwachts.

We waren nog niet op de helft, toen we een mannetjes steenbok tegenkwamen. Blij verbaasd zagen we dat hij zich niets van ons aan leek te trekken en we konden zelfs heel dichtbij komen om foto’s te maken. Zijn enorme horens waren meer dan indrukwekkend. Toen we weer verder liepen kwam ons een Frans gezin tegemoet gelopen. Ze waren geschrokken van een steenbok die op hun pad was gekomen, even hogerop, en waarschuwden ons daar niet naartoe te gaan. Ze hadden een tijdje ingesloten gezeten tussen die steenbok en een jong en waren daar erg van geschrokken. De steenbok had zijn territorium blijkbaar goed verdedigd.

Omdat wij de mogelijkheid open lieten dat steenbok en jong ondertussen al een andere plek hadden gevonden, probeerden we ons pad te vervolgen. We kwamen het mannetje echter al gauw tegen, grazend langs de kant van het pad. Toen wij hem naderden, keerde hij zich om en zette dreigend stappen in onze richting. Wij bleven stilstaan en keken hem rustig aan. Maar het bracht hem allerminst tot bedaren. Hij zette weer een paar passen onze kant uit, kop naar beneden, horens dreigend naar ons gericht. ‘Rustig maar, het is duidelijk, we gaan terug…’ mompelde ik geruststellend. We keerden ons om en liepen snel naar beneden, behendig over de keien springend. Iets te snel waarschijnlijk, want het leidde ertoe dat hij met grote sprongen achter ons aan kwam. We vertraagden ons tempo en dat hielp. Want even later keerde hij zich weer om, terug naar z’n jong.

Hoewel het jammer was dat de wandeltocht op deze manier onverwachts snel werd afgebroken, konden we het gemakkelijk accepteren. Zo lopen de dingen nu eenmaal. Uiteindelijk bleek het in ons voordeel uit te pakken. De dag erna hadden we namelijk volop energie en klommen we naar een berghut die uitkeek over een gletsjer. Het was een kleine 1300 meter stijgen, en we liepen het in een heel vlot tempo. De spieren en de knieën konden het inmiddels heel goed aan. De route naar het Lac Blanc liepen we een paar dagen later, op een dag met prachtig helder weer en schitterende uitzichten op het Mont Blanc massief. Het bleek een pittige tocht te zijn via laddertjes en stangen. Dat had ik eerder die week misschien niet eens aangedurfd. We kwamen die dag 2 vrouwtjes steenbokken tegen, waarvan een met jong, maar we konden er ongestoord langs lopen.

Het helpt me om te beseffen dat ik niet alles in de hand heb. Ik kan van alles van plan zijn, maar de omstandigheden nopen soms tot een aanpassing. Hoe beter ik kan meebuigen, hoe meer geluk ik op mijn pad lijk te trekken. Zou het kunnen zijn dat ik, door niet alles in de hand te willen hebben, meer krijg dan ik tevoren had bedacht?