‘Als de situatie met een ouder escaleert, dan heb je ergens ook een steekje laten vallen’. Deze woorden sprak een schoolleider tegen me uit, in het kader van het boek dat ik aan het schrijven ben over de cruciale rol van basisschooldirecteur in een succesvolle samenwerking met ouders. Zij neemt hierbij dus veel verantwoordelijkheid. Ik krijg de indruk dat de meeste schoolleiders niet zo ver willen gaan. Dat ze, wanneer er iets flink mis loopt in de samenwerking met ouders, toch eerder denken dat de verantwoordelijkheid hiervoor bij de ouders ligt, of anders wellicht bij hun teamleden. De ouders zijn dan lastig of onredelijk, of de leerkrachten zijn incompetent. En als schoolleider voelt dat dan aardig machteloos. En daarom staan sommigen er toch voor open om te kijken of het ook anders zou kunnen.
Psychisch ziek
Nu is het natuurlijk maar zeer de vraag of problemen te voorkomen zijn wanneer je te maken hebt met ouders die psychisch ‘ziek’ lijken te zijn. Dat zijn de gestoorde ouders die er een soort cynisch genoegen in scheppen om het de school zo lastig mogelijk te maken. Want wat je dan ook doet, niets helpt. Als schoolleider ben je er handenvol tijd aan kwijt. En als zo’n ouder dan geheel ongegrond een klacht indient bij de Geschillencommissie kost het je ook nog eens veel geld. Want ook als je in het gelijk wordt gesteld, betaalt de school. Sommige schoolleiders zien bij dergelijke psychisch zieke ouders geen andere mogelijkheid meer dan het geven van een schoolverbod aan de ouder, of nog erger, het van school verwijderen van het kind.
Hoe ver reikt mijn verantwoordelijkheid?
In hoeverre ben ik verantwoordelijk voor de gevoelens of het gedrag van een ander? Is het mijn schuld als een situatie met een ouder uit de hand loopt? Laten we het eerst eens omdraaien. Kan ik een ander verantwoordelijk stellen voor mijn angst, mijn woede-aanval of mijn depressie? We hebben vaak de neiging de verantwoordelijkheid buiten onszelf te leggen: ‘Omdat jij zus of zo gedaan hebt, voel ik me nu beroerd en moet ik me wel zus of zo gedragen.’ Persoonlijk leiderschap houdt echter in dat je te allen tijde zelf de verantwoordelijkheid neemt voor je eigen gedrag. En in die zin is de ander ook zelf verantwoordelijk voor zijn of haar eigen gedrag. Het zou zelfs grootheidswaanzin zijn om te denken dat dat jouw verantwoordelijkheid is. Maar de sfeer op school? Heeft een schoolleider daar niet een hoofdverantwoordelijkheid in?
De vrijheid om mijn gedrag te kiezen
Laten we even terugkeren naar de verantwoordelijkheid voor onszelf. Stel, een ouder is heel boos op mij. Ik ben me ervan bewust dat dit lastig voor me is en voel wat het met me doet. En dan kijk ik of ik een punt kan zetten voor ik de situatie beantwoord. Even een heel korte pauze inlassen, om te voorkomen dat ik op de automatische piloot in de vecht- of vluchtstand ga. Sommige situaties vragen natuurlijk wel om onmiddellijke actie, maar vaak is het mogelijk om even ruimte te maken voor ik reageer. Die ruimte geeft me vrijheid om te bepalen hoe ik met de situatie om wil gaan. Misschien moet ik de ander even laten razen. Misschien kan ik het gedrag van de ander vriendelijk maar beslist begrenzen. Misschien kan ik me verontschuldigen voor wat er mis is gelopen, of even de tijd vragen om een en ander uit te zoeken, met de belofte er binnen een bepaalde tijd op terug te komen.
Invloed op de ander
Door een punt te zetten en niet direct in de verdediging of tegenaanaval te schieten, blijkt de angel er vaak zomaar uit te gaan. De ander voelt zich gehoord en gezien. En dan kun je er meestal wel uitkomen in gezamenlijk overleg. De schoolleider die ik in de eerste zin aanhaalde, had ook wel eens een situatie meegemaakt waarbij een leerling uiteindelijk toch van school werd gehaald. Maar de betreffende ouder bleef nog wel in de schooltuin werken. De samenwerking was namelijk niet verstoord. En dus was er geen sprake van een geëscaleerde situatie. Kortom: door verantwoordelijkheid voor jezelf te nemen, heb je veel invloed op hoe een situatie met een ander zich ontwikkelt.
Schuld?
Je hebt op deze manier wel invloed, maar gelukkig nooit de macht over de ander. Je laat de ander vrij in zijn of haar keuzes, in zijn of haar gedrag. En er zijn inderdaad mensen die psychisch ziek zijn, die niet open staan voor een prettige, volwassen communicatie. Je hebt er dan ook geen schuld aan als de ander kiest voor asociaal gedrag. Maar misschien kun je er wel voor zorgen dat, ondanks ziekelijk gedrag van de ander, het op school niet tot een escalatie komt. Omdat je in staat bent het ongewenste gedrag zodanig te begrenzen, dat de ander daar geen ruimte toe voelt.
Voortraject
Een situatie ontstaat meestal niet uit het niets. Heb je geïnvesteerd in een goede partnerschapsrelatie met de ouders? Het voortraject is van groot belang. Als je vanaf het allereerste begin altijd werkelijke interesse in de ander hebt getoond, is de kans op ziekelijk gedrag veel kleiner dan wanneer er weinig contact en wederzijdse uitwisseling is geweest. Ik ben dan ook erg blij met de moedige opstelling van de schoolleider die ik sprak, en ik zou willen dat meer schoolleiders het lef zouden hebben om ter voorkoming van escalaties als eerste te zoeken naar wat ze zelf beter kunnen doen.
Verantwoordelijkheid zonder schuld
Maar laten we dit dan wel doen, zonder in termen van schuld te denken. We nemen dus in eerste instantie de verantwoordelijkheid voor ons eigen gedrag. Als we daarin een steekje hebben laten vallen, dan kunnen we daar op een wijze manier mee omgaan en kijken hoe we dat kunnen herstellen. Fouten maken is menselijk. Als je mild naar jezelf bent en jezelf er niet om veroordeelt dat je soms fouten maakt, dan komt er ook een lichtheid en mildheid in de samenwerking met ouders en de samenwerking met je team. Schuld zorgt juist voor een zware, beladen sfeer. Laten we met elkaar proberen daar verre van te blijven en onszelf en de ander met de nodige mildheid tegemoet te treden!
Wat bijzonder dat t gaat over psychisch zieke oudes in combinatie met communicatie met kennelijk psychisch gezonde schoolleiders.
Vind dat nogal kort door de bocht en niet getuigen van een hoge mate van zelfreflectie.