vaardigheden

Wat heb je nodig als schoolleider om de samenwerking tussen school en ouders tot een meerwaarde te laten leiden, in plaats van een stapeling van onvrede, incidenten en escalaties? Je kunt je laten inspireren door allerhande activiteiten en stappenplannen die inmiddels in diverse boeken uitgebreid beschreven staan. Je kunt jezelf trainen in vaardigheden. Je moet tenslotte communicatief zijn, goed kunnen omgaan met emoties en met feedback, empathisch zijn en waar nodig duidelijk kunnen begrenzen.

Soms loop je echter aan tegen een grens voor wat betreft de werkzaamheid van de aangereikte methodes en blijkt het ondanks al je vaardigheden toch niet mogelijk een goede samenwerking te creëren. De dagelijkse realiteit vraagt om maatwerk. Wijsheid en meesterschap zijn nodig om het niveau van standaardoplossingen te ontstijgen. Hiervoor is meer nodig dan vaardigheden alleen.

Inzicht in de dynamiek die er speelt, reflectie op het eigen gedrag, maatwerk, flexibiliteit en creativiteit kunnen oplossingen bieden. De schoolcultuur, die bepaald wordt door de houding van de leerkrachten en de schoolleiding, en de manier waarop de waarden van de school worden uitgedragen en voorgeleefd, kan belangrijker zijn dan de specifieke acties die worden uitgevoerd. Juist op deze gebieden kan een schoolleider veel doen. Dit kan een bepalende factor blijken te zijn in het welslagen van ouderbetrokkenheid. Het gaat dus om het vinden van de juiste attitude die ouderbetrokkenheid versterkt.

Hoewel een dergelijke attitude zeker gevoed wordt door bepaalde vaardigheden, zijn vaardigheden alleen niet toereikend om problemen in de samenwerking met ouders aan te kunnen. Schoolleiders zullen serieus werk moeten maken van professionele ontwikkeling vanuit persoonlijk leiderschap. Godfried IJsseling, programmamaker bij De Baak, zegt: “Professionele ontwikkeling gaat verder dan vaardigheden. Het gaat om het hanteren van jezelf, vooral als het moeilijk wordt.”

We zullen altijd terecht komen in situaties waarin onze vaardigheden tekort zullen schieten. Het maakt ons onzeker en bang. We reageren daarop met onze vertrouwde beschermingsmechanismen. De één wordt wat harder, de ander te toegeeflijk, weer een ander afstandelijk, en nog een ander gaat steeds verder perfectioneren en probeert de grip terug te krijgen met overmatig veel controle. Onze angst kan ertoe leiden dat we steeds meer vaardigheden proberen aan te leren. Maar helaas, het blijkt niet te werken. In plaats daarvan, zouden we naar binnen moeten leren kijken. Wat in ons wordt er geraakt? Wat zegt onze reactie over onszelf? Durven we kwetsbaar te zijn?

Wat iemand volgens IJsseling echt tot een senior professional maakt, is het kunnen omgaan met ‘het niet meer weten’. Het overeind blijven als de onzekerheid toeslaat. Naast het aanleren van vaardigheden, zullen we onszelf moeten leren kennen. Even stil durven staan bij wat er gebeurt. Onze vaardigheden zijn dan niet langer een manier om onze onzekerheid voor te blijven, maar uitsluitend een manier om problemen te hanteren. Door niet meer te vluchten voor onze onzekerheid, kunnen we ons in het hier en nu met de volle aandacht richten op de uitdagingen die we tegenkomen. De onzekerheid mag er zijn en die hindert ons niet meer, want we zijn ermee vertrouwd geraakt. Zelfkennis is zo een instrument geworden om problemen te hanteren.

Het is zeker niet gemakkelijk om tot een sprankelende samenwerking tussen school en ouders te komen. Zolang we niet investeren in de weg naar binnen, in het leren kennen van onszelf, in het doorzien van onze patronen en het omarmen van onze kwetsbaarheid, zullen we keer op keer blijven vastlopen in problemen rond de samenwerking met ouders, zelfs wanneer we voor ons idee toch al het mogelijke doen om ouderbetrokkenheid tot een succes te maken.